ga naar hoofdinhoud
Informatie voor zorgverleners Behandelprotocollen Transfusieprotocol Transfusieprotocol hemato-oncologie Bestraalde en Parvovirus veilige bloedproducten

Indicaties voor bestraalde bloedproducten

De hieronder vermelde indicaties voor bestraalde bloedproducten zijn van toepassing op volwassenen. Het bij neonaten en kinderen te hanteren beleid staat hier niet vermeld.

  • Allogene SCT (tot 1 jaar na SCT)
  • Autologe SCT (tot 6 maanden na SCT; nota bene rondom mobilisatie niet meer geïndiceerd)
  • Na toepassing van donor lymfocyten infusie of infusie van cytotoxische T-lymfo­cyten (bijvoorbeeld CAR-T-cellen (tot minimaal 1 jaar na infusie, de termijn na allogene SCT is daarbij ook leidend)
  • Transfusie tussen 1e tot en met 3e graads verwanten van celhoudende bloed­producten (altijd)
  • HLA-compatibele trombocytenconcentraten (altijd)
  • Bij gebruik van sterk T-cel depleterende middelen, bijvoorbeeld fludarabine, cladribine, alemtuzumab, ATG/ATGAM en andere T-cel monoclonalen (tot 6 maanden na staken van de therapie)
  • Granulocyten-transfusies (HLA-gematched) (altijd)

Indicaties voor Parvovirus B19 veilige bloedproducten

De hieronder vermelde indicaties voor Parvovirus B19 veilige bloedproducten zijn van toepassing op volwassenen. Het bij neonaten en kinderen te hanteren beleid staat hier niet vermeld.

  • Zwangeren, waarbij antistoffen tegen Parvovirus B19 niet aantoonbaar of onbekend zijn (uitzondering: transfusie rond partus)
  • Patiënten met aangeboren of verworven hemolytische anemie zonder antistoffen tegen Parvovirus B19
  • Patiënten met een cellulaire immuundeficiëntie zonder antistoffen tegen Parvovirus B19
  • Allogene SCT patiënten: erytrocyten, (indien mogelijk trombocyten), vanaf SCT tot 1 jaar na SCT

Achtergrondinformatie

Bestraalde bloedproducten

Bestraling van bloedproducten vindt plaats ter preventie van transfusie-gemedieerde graft-versus-host ziekte (TA-GVHD). TA-GVHD kan optreden na infusie van functionele donor T-cellen die door het immuunsysteem van de ontvanger niet geëlimineerd kunnen worden. De complicatie kent een zeer hoge mortaliteit (90%). Bestraling is daarom geïndiceerd bij patiënten met een ernstige functionele T-cel dysfunctie of een absolute diepe T-celpenie.

Door middel van gammabestraling (25 Gy) worden het DNA van kernhoudende (mononucleaire) cellen in het bloedproduct dermate beschadigd, dat deze zich niet meer kunnen vermenigvuldigen.

Parvovirus B19 veilige bloedproducten

Het Parvovirus B19 kan via het P-antigen op het celmembraan van de pro-erytroblast deze cel infecteren, verdere proliferatie en differentiatie van de pro-erytroblast inhiberen en bij het niet klaren van het virus tot een aplastische crise leiden.

Transmissie van het Parvovirus B19 vindt plaats via de respiratoire route. Alhoewel virus­transmissie via bloedproducten zeldzaam is, vormt dit de achtergrond om patiënten met een cellulaire immuunstoornis en/of patiënten waarbij een kortdurende blokkering van de erytropoiese een diepe anemie kan induceren (hemolyse) Parvovirus B19 veilige bloedproducten te transfunderen.

Een bloedproduct is Parvovirus veilig wanneer de donor positief getest is op de aanwezigheid van anti-Parvovirus IgG. Omniplasma wordt als Parvovirus B19 veilig product beschouwd.

 

Ga terug naar de Transfusieprotocol homepage of lees meer over dit onderwerp:

Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.