Indicaties

Algemeen

Transfundeer een patiënt bij een Hb <4,5 mmol/L en/of symptomatologie van een anemie.

Specifiek

Kenmerk Hb trigger
ASA I <4,5 mmol/l
ASA II of ASA III, MEWS ≥6, leeftijd ≥65 jaar <5,0 mmol/l
ASA IV <6,0 mmol/l
Acuut coronair syndroom (doormakend) <6,0 mmol/l

Zie ASA classificatie voor definities en voorbeelden.

Nota bene: alhoewel DIS volgens anesthesie richtlijnen onder ASA IV valt, wordt hierbij een standaard Hb trigger gehanteerd. 

Dosis

Transfundeer in principe 1 eenheid erytrocyten per keer. 

Indien twijfel over of het Hb hiermee boven de Hb trigger zal stijgen: bepaal een post-transfusie Hb en geef daarop eventueel een tweede eenheid.  

Indien evident dat het Hb niet met 1 eenheid boven de Hb trigger zal stijgen: direct 2 eenheden geven (bijvoorbeeld groot bloedvolume, eerder matige stijging Hb op erytrocyten­transfusies).

Voor de poliklinische setting kan vanwege de verwachte hogere transfusiefrequentie afgezien worden van dit beleid en toch 2 eenheden in plaats van 1 eenheid getrans­fundeerd worden.

Achtergrondinformatie

Diverse gerandomiseerde studies hebben laten zien dat IC-patiënten, patiënten met een orthopedisch trauma en patiënten met een septische shock of een hoge gastro-intestinale bloeding niet profiteren van een bloedtransfusie bij een Hb >4,4 mmol/l. Daarnaast hebben een tweetal observationele studies, specifiek verricht binnen de hemato-oncologische patiënten­populatie, laten zien dat een restrictief transfusie­beleid geassocieerd gaat met een sterke reductie van bloed­verbruik zonder een verhoogde incidentie van mortaliteit, opnameduur en bloedings­risico.

Alleen voor de patiëntencategorie met een acuut doormakend acuut coronair syndroom is bewezen dat een meer liberaal transfusie­beleid (Hb trigger 5,0-6,0 mmol/l) een (overlevings)voordeel biedt. Een recente meta-analyse in patiënten met chronisch cardio­vasculair lijden (de meerderheid met ischemische cardio­myopathie) suggereert een verlaagd risico op ischemische cardiale complicaties bij een Hb trigger tussen 5,0-6,0 mmol/l.

Eén eenheid erytrocyten zal het Hb gemiddeld met 0,5-0,7 mmol/l doen stijgen. Dit getal kent echter een grote spreiding, gerelateerd aan donor en ontvanger kenmerken.

 

Ga terug naar de Transfusieprotocol homepage of lees meer over dit onderwerp:

Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.