Liquor analyse bij lymfomen
Liquor analyse (cytomorfologie en immunofenotypering) is geïndiceerd bij:
- CNS-IPI score 3 én epidurale lokalisatie
- CNS-IPI score 4 t/m 6
- HIV positiviteit
Zie Risicoclassificatie DLBCL voor de berekening van de CNS-IPI score.
Liquor analyse bij acute leukemie
Bij AML wordt bij de volgende indicaties liquor analyse (met achterlating van cytarabine) geadviseerd, nadat de circulerende blasten geklaard zijn:
- Focale neurologische klachten
- Extramedullaire ziekte (met name indien CD11b of CD56 expressie)
- Hyperleukocytose (arbitrair >50*109/l)
Bij ALL en MPAL is liquor analyse altijd geïndiceerd bij diagnose (met achterlating van MTX) nadat de circulerende blasten geklaard zijn.
Profylactische behandeling CNS bij lymfomen - Liquor negatief
Indicaties
- Burkitt lymfoom en lymfoblastair lymfoom (ingebed in de systemische behandelprotocollen)
- DLBCL met:
- lokalisatie in testis, ovarium, uterus, mamma, nier of bijnier
- CNS-IPI score 6
- Hooggradig B-cel lymfoom met:
- MYC en BCL2 rearrangement (HGBL-MYC/BCL2)
- MYC en BCL6 rearrangement (HGBL-NOS, HGBL-MYC/BCL6)
- Intravasculair B-cel lymfoom
Nota bene: indien liquor positief, dan het CNS therapeutisch behandelen.
Profylactische behandeling
- 4 keer MTX i.t., toedienen op de dag van de systemische therapie (MTX / prednisolon 15 mg / 25 mg (bij patiënt >60 jaar 10 mg MTX))
- Indien CR bereikt na afronden R-CHOP behandeling: 2 kuren HD-MTX i.v. à 3 weken
Bij hooggradig B-cel lymfoom met MYC en BCL2 of MYC en BCL6 rearrangement is de CNS profylaxe afhankelijk van het behandelschema. Opties:
- DA-EPOCH-R met 6 keer MTX i.t. (conform HOVON 152)
- R-CHOP / lenalidomde met 5 keer MTX i.t. (conform HOVON 130)
- R-CHOP en 3 kuren HD-MTX i.v.
Aandachtspunten
- Sommige schema's zoals R-CODOX-M-IVAC en R-MBVP hebben uitzonderlijke schema's voor profylactische behandeling van het CNS
Profylactische behandeling CNS bij acute leukemie - Liquor negatief
Bij AML:
- Expectatief beleid
Bij ALL en MPAL:
- Profylactisch behandelen conform de HOVON schema’s. Hierbij worden in totaal tot maximaal 15 intrathecale giften (18 t/m 40 jaar) of 10 intrathecale giften (≥41 jaar) gegeven. Na allogene SCT met hoge dosis TBI is geen aanvullende intrathecale profylaxe meer geïndiceerd (zie hieronder)
- Indien niet volgens HOVON studie behandeld wordt (bijvoorbeeld HAM of blinatumomab): eenmaal MTX / prednisolon 15 mg / 25 mg op dag 1 (bij patiënt >60 jaar 10 mg MTX)
- Bij inotuzumab: volg moederprotocol
Bij ALL na allogene SCT: standaard 3 keer MTX / prednisolon 15 mg / 25 mg op dag 28, 56 en 84 (bij patiënt >60 jaar 10 mg MTX) behalve bij patiënt die voldoet aan alle 3 volgende criteria:
- Geen CNS lokalisatie ALL
- Lumbaalpuncties in behandelschema gehad zoals beoogd
- Myeloablatieve conditionering met busulfan of TBI
Therapeutische behandeling CNS - Liquor positief
Indicatie
Liquorlokalisatie bij diagnose van een lymfoom of acute leukemie.
Dosering
- Cytarabine: cytarabine / prednisolon 70 mg / 25 mg
- MTX: MTX / prednisolon 15 mg / 25 mg (bij patiënt >60 jaar 10 mg MTX)
Therapeutische behandeling bij ALL en lymfomen
- Fase 1: Iedere 4 dagen alternerend MTX en cytarabine intrathecaal. Ga door tot dat de liquor 2 keer negatief is bevonden voor afwijkingen (cytomorfologie en/of immunofenotypering) en het klinisch-neurologische beeld is gestabiliseerd
- Fase 2: 4 keer wekelijks MTX
- Fase 3: 2 keer 2-wekelijks MTX
- Fase 4: 6 keer maandelijks MTX
Er zijn dus nog in totaal 14 giften nadat de liquor negatief is geworden.
Therapeutische behandeling bij AML
- Therapie individualiseren en op geleide van uitslagen liquor analyse
- Behandeling is complexer door gelijktijdige cytarabine kuren en de invloed van intensieve intrathecale behandeling op de duur van de neutropene fase
- Rondom chemotherapie overwegen: dag 1, dag 8 en na repopulatie 2 keer (totaal 4 LP’s per kuurblok)
Aandachtspunten
- Bij MBVP kuren en MATRix kuren is er een uitzonderlijk schema voor therapeutische behandeling van het CNS. Zie protocol Behandeling PCNSL / SCNSL
- MTX kan cumuleren, met name bij frequentie >1 keer per week. Derhalve bij deze frequentie van prikken MTX afwisselen met cytarabine
- MTX niet combineren met radiotherapie. Indien vooraf reeds radiotherapie op CNS gegeven werd, MTX vervangen door cytarabine
- Indien er bij ALL onvoldoende respons op of resistentie is voor cytostatica: schedelbestraling of lokale wervelkolombestraling (18-24 Gy, gefractioneerd)
Beleid t.a.v. trombocytentransfusie en antistolling bij lumbaalpunctie (LP)
Trombocytentransfusie
Trombocytentransfusie voorafgaand aan LP indien:
- Trombocyten <50*109/l in aanwezigheid van leukemische blasten in perifeer bloed
- Trombocyten <20*109/l in afwezigheid van leukemische blasten in perifeer bloed
Beleid conform Transfusieprotocol Radboudumc.
Antistolling
Profylactisch LMWH:
- LMWH in profylactische dosering (dalteparine 1dd 5000 IE) vormt geen contra-indicatie voor LP
- Toedieningstijd LMWH bij therapeutische behandeling CNS om 12:00 uur 's middags
- Continueer LMWH na LP als er geen bloeding is opgetreden en er geen andere contra-indicaties zijn
Therapeutisch LMWH:
- Bij (bridging middels) therapeutisch LMWH: stop LMWH 24 uur voor LP
- Herstart LMWH na LP als er geen bloeding is opgetreden en er geen andere contra-indicaties zijn
Conform Richtlijn Lumbaalpunctie, afdeling Neurologie, Radboudumc (afgeschermd, alleen toegankelijk via netwerk Radboudumc).
Ga terug naar de AML homepage.
Ga terug naar de ALL/MPAL homepage.
Ga terug naar de NHL homepage.
Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.