Diagnostische criteria volgens WHO 2016 en 2022
Om de diagnose volgens de WHO criteria te kunnen stellen is onderzoek van het bloedbeeld en moleculaire diagnostiek in combinatie met een beenmergonderzoek noodzakelijk. Hiermee kan een onderscheid gemaakt worden tussen ET en (pre-)fibrotische myelofibrose. Indien er bij bloedonderzoek al een driver mutatie (JAK2, CALR, MPL) gevonden is en er sprake is van een geïsoleerde trombocytose zonder indicatie voor het starten van cytoreductieve therapie, kan overwogen worden het beenmergonderzoek uit te stellen.
Diagnostische criteria ET
Major criteria |
|
---|---|
Minor criteria |
|
De diagnose ET kan worden gesteld indien de 4 major criteria of eerste 3 major criteria en het minor criterium aanwezig zijn.
Differentiaal diagnose
- Reactieve trombocytose
- Vroege myelofibrose (prefibrotisch stadium)
- Polycythemia vera, CML, MDS of andere myeloïde maligniteit
Ga terug naar de ET homepage of lees meer over ET:
- Inleiding
- Diagnostiek
- Risicoclassificatie
- Behandeling
- Follow up
- Richtlijnen en literatuur
- Beheer en wijzigingenhistorie
Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.