Diagnostiek
Voor start van een nieuwe lijn van behandeling dient cytogenetica t.b.v. aanwezigheid (del)17P en TP53 mutatie opnieuw verricht te worden.
Studies
Het heeft de voorkeur om patiënten, indien mogelijk, te behandelen in studieverband.
Zie Studieprotocollen CLL voor de lopende studies in de regio.
Behandeling buiten studieverband
Indien vroeg recidief, refractaire ziekte of recidief met del(17p) of TP53 mutatie
- Eerste keus:
- Acalabrutinib of
- Ibrutinib of
- Venetoclax-rituximab:
- Venetoclax: vanaf dosis ophoging tot 400 mg totale duur 24 maanden
- Rituximab: 6 giften vanaf dag 36 na start venetoclax, elke 28 dagen
- Tweede keus:
- Duvelisib of
- Idelalisib-rituximab of
- Venetoclax continu
- Overweeg allogene SCT
Indien del(17p) en TP53 mutatie afwezig
Situatie | Aanbevolen behandeling |
---|---|
Fitte patiënt ≤65-70, met behandelindicatie en recidief (tenminste 4-6 jaar) na FCR |
|
Niet fitte patiënt, met behandel- indicatie (tenminste 3 jaar) na BR of (tenminste 12 maanden) na chloor- ambucil bevattende therapie |
|
Indien recidief of refractaire ziekte na doelgerichte therapie (ibrutinib, venetoclax of idelalisib)
- Eerste keus:
- Acalabrutinib of
- Ibrutinib of
- Venetoclax continu of
- Venetoclax-rituximab:
- Venetoclax: vanaf dosis ophoging tot 400 mg totale duur 24 maanden
- Rituximab: 6 giften vanaf dag 36 na start venetoclax, elke 28 dagen
- Tweede keus:
- Chemo-immunotherapie (als geen del(17p) of TP53 mutatie) of
- Duvelisib of
- Idelalisib-rituximab
- Overweeg allogene SCT
Toelichting ibrutinib, acalabrutinib en venetoclax
Moederprotocollen
- Moederprotocol Ibrutinib
- Moederprotocol Acalabrutinib
- Moederprotocol Venetoclax
Bovengenoemde moederprotocollen zijn alleen te raadplegen via het netwerk van het Radboudumc en kunnen op verzoek worden toegezonden.
Dosisaanpassingen
Zie protocol Dosisaanpassingen bij interacties voor het te hanteren beleid bij gebruik in combinatie met bepaalde geneesmiddelen.
Overwegingen venetoclax
De startdosis is 20 mg venetoclax eenmaal daags gedurende 7 dagen. De dosis moet gedurende een periode van 5 weken geleidelijk worden opgehoogd naar de aanbevolen dagelijkse dosis van 400 mg. Tevoren inschatting op risico tumorlysis en daarbij te nemen maatregelen inclusief indicatie voor klinisch opstarten en dosisophoging. Zie ook protocol Tumorlysis syndroom.
Raadpleeg richtlijn / aanbevelingen van HOVON CLL werkgroep. Zie Richtlijnen en literatuur.
Overwegingen voor allogene SCT
- Patiënten met:
- een del(17p) of TP53-mutatie en
- een recidief of refractair na chemo-immunotherapie én recidief of refractair na een kinaseremmer (acalabrutinib, ibrutinib of idelalisib) of venetoclax
- Patiënten met:
- een lage kans op 2-jaar NRM en
- een recidief of refractair na chemo-immunotherapie én recidief of refractair na een kinaseremmer (acalabrutinib, ibrutinib of idelalisib) of venetoclax
- Patiënten met:
- een lage kans op 2-jaar NRM en
- een del(17p) of TP53 mutatie en
- een recidief of refractair na een kinaseremmer (acalabrutinib, ibrutinib of idelalisib) of venetoclax
- Patiënten die refractair zijn op zowel een kinaseremmer (acalabrutinib, ibrutinib, idelalisib) als venetoclax
- Patiënten met een klonaal gerelateerde Richterse transformatie naar DLBCL
Ga terug naar de CLL homepage of lees meer over CLL:
- Diagnostiek
- Stadiëring
- Behandeling
- Respons criteria
- Follow up
- Richtlijnen en literatuur
- Beheer en wijzigingenhistorie
Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.