Diagnostische criteria volgens ICC 2022
- BCR-ABL1 negatief
- Leukocytose ≥13*109/l, door een toegenomen aantal neutrofiele granulocyten en myeloïde voorlopers, waarbij ≥10% myeloïde voorlopers
- Cytopenie:
- Hb <8 mmol/l bij mannen en <7,4 mmol/l bij vrouwen
- Trombocyten <150*109/l
- Dysgranulopoiese, hieronder valt de aanwezigheid van abnormale gehypo- of gehypersegmenteerde neutrofielen met of zonder abnormaal chromatine
- Geen eosinofilie (<10% eosinofielen) in perifeer bloed
- Geen of minimale monocytose (<10% monocyten) in perifeer bloed
- Hypercellulair beenmerg met granulocytaire proliferatie en granulocytaire dysplasie, met of zonder dysplasie in de erytroïde en megakaryocytaire lijn
- <20% blasten in perifeer bloed en beenmerg
- Geen PDGFRA, PDGFRB of FGFR1 rearrangement, geen PCM1-JAK2
Nota bene:
- Myeloproliferatieve ziekten, met name in acceleratiefase of post-PV of post-ET myelofibrose kunnen leiden tot neutrofilie en lijken op aCML. Een voorgeschiedenis met MPN, MPN-achtige kenmerken in het beenmerg of MPN gerelateerde mutaties (JAK2, CALR of MPL) lijken aCML uit te sluiten
- De diagnose wordt ondersteund door de afwezigheid van MPN-geassocieerde driver mutaties en de aanwezigheid van SETBP1 met ASXL1
- CSF3R mutaties komen niet vaak voor, indien aanwezig overweeg diagnose chronische neutrofiele leukemie (CNL) of een andere myeloïde maligniteit
In de WHO classificatie 2022 heet deze aandoening 'MDS/MPN met neutrofilie'.
Ga terug naar de aCML homepage of lees meer over aCML:
- Inleiding
- Diagnostiek
- Risicoclassificatie
- Behandeling
- Respons criteria
- Richtlijnen en literatuur
- Beheer en wijzigingenhistorie
Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.